Happinez artikel 2008

nummer 1, door Monique Jansse

Als er iets is waar je mij voor wakker mag maken, is het eten. ’s Ochtends bedenk ik al met plezier wat ik die avond ga koken en als ik uit eten ga zet ik een ware zoektocht uit naar dat restaurant waar het eten met liefde wordt bereid. Vriendinnen die een weekje gingen detoxen keek ik met verwondering aan. Een week op rantsoen, noem je dat vakantie? Maar toen ze daarna terugkeerden als energiebommen met grote vitale ogen en een gezond lijf veranderde mijn verwondering in bewondering. Het zette mij aan tot de vraag: Waarom ruim ik wel regelmatig mijn huis op maar niet mijn lichaam? Ik ontdekte een laagdrempelige 3-daagse milde vastenkuur in de Ardennen en begon aan de voorbereiding.

Voor de meeste mensen is de overstap van hun normale eetpatroon naar (sap)vasten een behoorlijke stap. En zo ook voor mij. Ik hoor niet bij het selecte gezelschap dat louter door het leven gaat op basis van (vloeibare) groente en fruit. De aantrekkingskracht van knapperig brood, Franse kazen, verse appeltaart, een mok dampende cappuccino en een goed glas wijn is simpelweg te groot. Voor mensen met een ‘normaal’ eetpatroon als ik is een afbouwperiode aan te raden lees ik in de informatie die ik van tevoren toegestuurd krijg. Hiermee word ik meteen al thuis geconfronteerd met een van de belangrijkste principes van het vasten: het loslaten van patronen, te beginnen met je eetpatroon. In drie dagen bouw ik af tot 25 procent van mijn dagelijkse hoeveelheid voeding en laat hierbij koffie, wijn en koekjes achterwege. Deze dagen thuis doen me alleen al beseffen in wat voor een rijkdom ik normaal leef wanneer ik alles kan kopen, eten en drinken wat mijn hartje begeert. Mijn moeilijkste moment beleef ik in de supermarkt, op zoek naar biologische appeltjes, terwijl ereen dikke walm van vers gebakken gevulde speculaas hangt. Deze koek zou normaal achteloos in mijn mandje belanden, maar nu loop ik er met flinke passen aan voorbij. Hoe moeilijk kan het zijn om mezelf gewoon maar een paar dagen halt toe te roepen? Moeilijker dan ik dacht…

Vrijdag rij ik naar de Ardennen waar ik warm onthaald word door het ‘Vorstelijk Vasten-team’ op Chateau Frandeux, een prachtig oud landhuis aan een meertje. De teamleden -met een achtergrond in natuurgeneeswijzen- zijn initiatiefnemer van deze vastenkuren, sinds zij zelf aan den lijve hebben ervaren hoeveel baat zij hebben bij het jaarlijkse vasten. Met een deskundig team van o.a. masseurs en koks nemen zij nu al jaren groepen mee naar dit chateau, voor weekend, mid-week of week kuren. Na kennismaking met team en deelnemers bij de grote haard krijgen we uitleg over wat ons te wachten staat en een meditatie om een beetje te ‘landen’ in de nieuwe omgeving. Met een kopje bouillon vertrek ik naar mijn hoekkamer die uitkijkt over het omringende heuvellandschap. Ik eet nu al vier dagen structureel minder dan normaal, maar het gekke is dat ik totaal geen honger heb. Ik dacht altijd dat ik brood nodig had bij mijn lunch en pasta of rijst bij mijn avondeten om mijn honger te stillen. Ook mijn dagelijkse cappuccino dichtte ik grote waarde toe om me een beetje wakker te maken, maar ook die mis ik niet. Wat lekker om dit soort beperkende overtuigingen achter me te kunnen laten en minder star te zijn in wat ik denk te moeten eten en drinken.